zaterdag 6 augustus 2011

Mevrouw Kleindorf

Nog een citaat van Nicole Krauss - uit Het grote huis - over schrijven:

'Nu zaten we tegenover elkaar, de gepensioneerde openbaar aanklager en de bejaarde schrijver, met oren waar het haar uitgroeide. Zijn lichaam was krom. Hij vertrouwde me toe dat het vreselijjk slecht met hem ging, ondanks het feit dat zijn laatste boek was bekroond met een prijs (waarvan ik nog nooit had gehoord). Elke alinea die hij er tegenwoordig uit wist te persen, werd meteen naar de prullenbak verwezen. Wat doe je daar dan aan? vroeg ik. Wil je dat weten? zei hij. Ik vraag er toch naar, zei ik. Nou goed dan, zei hij, zolang het maar onder ons blijft, mag je het wel weten. Hij boog zich over de tafel en fluisterde twee woorden: Mevrouw Kleindorf. He? zei ik. Precies zoals ik het zeg, mevrouw Kleindorf. Ik snap het niet, zei ik tegen hem. Ik doe net alsof ik aan mevrouw Kleindorf schrijf, zei hij. Mijn onderwijzeres uit de vijfde klas. Niemand anders krijgt het onder ogen, zeg ik tegen mezelf, alleen zij. Het maakt niet uit dat ze al vijfentwintig jaar dood is. Ik denk aan haar vriendelijke blik en de rode stempeltjes die ze altijd onder mijn werkstukken zette en ik kom vanzelf tot rust. En dan, zei hij, lukt het me een stukje schrijven.'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten