woensdag 11 januari 2012

Transitie 11 - Overstromen


In de transitieweek van dit nieuwe jaar, was ik in de uiterwaarden van een andere rivier. Net achter de rivierdijk van de Duitse Rijn was ik een paar dagen in retraite. Net als hier stonden de uiterwaarden daar bijna geheel onder water. Er was nog maar een dunne grens over tussen land en water.

Dunne grens
En zo verging het mij ook. Mijn huid was dun deze week. Ik voelde me kwetsbaar nadat iemand nogal onverwacht mijn ‘transitieruimte’, de uiterwaarden rondom mijn lichaam, had betreden. Daardoor was er een dijk doorgebroken en was er water van de buitenwereld naar binnen gestroomd.

Enerzijds verdronk ik daarin. Er waren veel zoute tranen. Tegelijkertijd was er in dit nieuwe natte gebied ook een openheid die er eerst niet was.

Ik liep tussen de dans- en meditatiesessies vaak over de rivierdijk. Dat hielp. Terwijl ik door de striemende regen en de bulderende storm wandelde, ging er een luikje open. Door dat luikje kwamen liederen naar buiten in een taal die ik niet kende, maar die ik toch volmondig zong.

Nieuwe taal
Dat deed ik ook toen ik een jaar of zeven was. Vol overgave zong ik op de fiets Duitse opera’s, al kende ik enkel de drie Duitse woorden schiff, kuch en segel. De rest verzon ik erbij.

Die zingmomenten in een nieuwe taal zijn daarna regelmatig teruggekeerd en ik herken ze nu als transitiemomenten. Bijna allemaal ontstonden ze na een lange wandeling in een wild natuurgebied met storm op komst.

Hawaii vorig jaar. Een dans op de zwarte ruige lavakust terwijl de enorme golven uiteenspatten, zingend in iets dat op oud Hawaiiaans leek. New Mexico, een Indianenroep in de hete droge saliewoestijn met zwarte donderluchten boven de bergen. De Himalaya - mijn mantra in Tibetaanse klanken over de blauwe gletsjers.

Eigen natuur
Het helpt om mijn bekende omgeving achter te laten. Doordat de Rijn nieuw was - de veel groenere uiterwaarden, de oplichtende witte meeuwen, de duistere fabriekspijpen aan de horizon- kwam de schoonheid van de natuur met een donderslag binnen en brak ze mijn dijk open.

Dat voelt als de kern van transitie: dat er iets open gaat wat normaal gesloten blijft. Transities zijn openingsmomenten - de natuur komt naar binnen en daardoor zie ik de oceaan, de woestijn, de gletsjer in mijzelf. Transities zijn korte, hevige momenten waarin ik met een plotselinge helderheid in mijn eigen natuur kan kijken.

Ja en Nee
In deze eigen natuur spreek ik in een eigen taal. De oude woorden voldoen niet meer. Kunnen geen uiting geven aan het vrije ‘Ja ik leef’ gevoel. Die oertaal geeft me daarna de kracht en de woorden om duidelijk en in verstaanbare taal ’Nee - tot hier en niet verder’ te zeggen. Bij een transitie stromen mijn uiterwaarden onder water, maar weet ik beter dan ooit waar mijn dijk loopt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten